INNOVA

Innovation in Climate Services Provision

1. Wat is het doel van dit Europese onderzoeksproject?

Het project INNOVA wil het begrip ‘Climate Services’ dat de EU heeft bedacht verder uitwerken en vernieuwen. INNOVA bestudeert projecten in vijf ‘Innovation Hubs’: steden of samenwerkingsverbanden gericht op innovatieve klimaatadaptatie. Het gaat om Kaohsiung (Taiwan), Kiel, Valencia, Nijmegen en Guadeloupe (Frankrijk). Klimaatadaptatie bevindt zich in elk van de hubs in een andere fase.

‘Climate Services’:

  • helpen om de resultaten van tientallen jaren onderzoek naar klimaatverandering in te zetten in de praktijk.
  • dragen er zo aan bij dat Europa minder kwetsbaar wordt voor de gevolgen van klimaatverandering.
  • richten zich ook op de ontwikkeling van nieuwe markten met mooie kansen voor bedrijven.

2. Wat is de rol van de Nederlandse partners in het project?

De Nederlandse hub is Nijmegen. De partners in het project zien vooral de Spiegelwaal bij Nijmegen als een succesvol voorbeeld van een uitgevoerd project op het gebied van klimaatadaptatie. Hoe zijn climate services hier ingezet om de complexe processen van stedelijke ontwikkeling te koppelen aan riviermanagement? Meerdere onderdelen van dit project inspireren de partners in dit project: het implementatieproces van de Spiegelwaal in combinatie met het voortraject van de Waalsprong, en de huidige projecten van stedelijke herontwikkeling langs de zuidoever van de Waal. Interessant is ook dat bij de eerste plannen in Nijmegen het begrip ‘climate services’ nog niet bedacht was door de EU. Het voorbeeld van Nijmegen maakt vooral duidelijk hoe je de kloof kunt overbruggen tussen data en gegevens aan de ene kan, en toepassing in stedelijke planvorming aan de andere kant. Hierover is een paper in de maak, waaraan alle partners meeschrijven.

3. Welke tussenresultaten kunnen nu al relevant zijn voor het Nederlandse klimaatbeleid?

Op dit moment speelt in beleid en onderzoek de vraag hoe klimaatadaptatie beter kan inspelen op de natuurlijke omstandigheden van een locatie. Waalsprong, Spiegelwaal en de nieuwe stadsontwikkeling aan de zuidoever van de Waal zijn goede voorbeelden van zo’n aanpak. Ze laten ook zien hoe de aanpak zich vanaf de jaren 90 van de vorige eeuw heeft ontwikkeld. Voorbeelden van programma’s en instanties die zich daarmee bezighouden zijn UP-bodem, RWS, LNV, topsectoren Water en Agri en Uitgangsmaterialen. Nijmegen is een voorbeeld van hoe de resultaten van zulk onderzoek in de praktijk kunnen doorwerken.

4. Hoe zijn andere Nederlandse partijen betrokken in het project?

De belangrijkste externe partij in het project is de gemeente Nijmegen.

  • Samen met Nijmeegse ambtenaren hebben onderzoekers van INNOVA de planvorming Spiegelwaal geanalyseerd en in beeld gebracht.
  • In workshops met Nijmegen is gereflecteerd over langetermijnplanning, onder andere op basis van klimaatgegevens en verwachtingen. De rapportage verschijnt in september 2020.
  • Nijmegen heeft ook het waterschap, de provincie, ontwikkelaars en ondernemers actief betrokken bij de activiteiten.
  • Nijmegen is vertegenwoordigd in de Advisory Board van het project.

5. Hoe draagt de Europese samenwerking in dit project bij aan onderzoek en beleid in Nederland?

Nederlanders hebben veel expertise en weten vaak ook van zichzelf. Samenwerking met andere landen en culturen laat zien dat anderen ook veel weten en kunnen, ook al is dat vaak vanuit een andere context. INNOVA levert kritische reflectie door vreemde ogen op de Nederlandse aanpak en dwingt ook tot eigen kritische reflectie. Dat gebeurt onder andere op basis van goede ideeën vanuit een andere context.

Vooral vanuit Kaohsiung (Taiwan) is grote interesse voor de Nederlandse expertise op het gebied van stedelijke ontwikkeling in relatie tot riviermanagement.


Contactpersoon

dr. Wim Timmermans
Wageningen University and Research
wim.timmermans@wur.nl

Looptijd project

2017 tot en met 2020